Jongeren met autisme denken op een andere manier. Ze vinden het vaak moeilijk om te begrijpen wat een ander denkt en voelt. Ze hebben andere verwachtingen over hoe iets zal gaan. En ook de communicatie met anderen verloopt voor hen op een andere manier. Jongeren met autisme verwerken ook wat ze horen, zien en voelen op een andere manier. Denk bijvoorbeeld aan geluiden of temperatuur. Daardoor zijn ze voor sommige prikkels extra gevoelig. Andere prikkels merken ze juist nauwelijks op.
Alles wat jongeren met autisme zien, horen, ruiken, proeven of voelen, wordt op een andere manier verwerkt in de hersenen. Jongeren met autisme kunnen onderling sterk van elkaar verschillen. Elke jongere heeft dan ook een andere mix van sterke en zwakke kanten. Sommigen hebben bijvoorbeeld een goed oog voor detail. Ze zijn eerlijk en recht door zee. Maar diezelfde jongeren kunnen tegelijkertijd moeite hebben met sociale contacten. Ze houden amper het overzicht. Of ze hebben opvallend weinig interesses. Autisme kan soms samengaan met een verstandelijke beperking. Maar het komt juist ook regelmatig voor bij jongeren die heel intelligent zijn.